Rijtjeskinderen

Ik heb 2 ‘rijtjeskinderen’, tot die conclusie kwam ik dit weekend.

Mijn zoon lijkt uiterlijk heel hard op mij, dat was al duidelijk op de dag van zijn geboorte en dat is nu nog steeds zo. Maar al heel snel bleek dat hij ook in het diepst van zijn gedachten heel hard lijkt op zijn nood-aan-orde-en-organisatie-moeder.

Het was ooit anders, dat zal mijn moeder met veel plezier bevestigen. Ik had als puber een tweepersoonsbed. Heel handig, als mijn moeder het de spuigaten vond uitlopen en al mijn rommel op mijn bed gooide, dan schoof ik alles gewoon opzij en kon ik er net naast slapen; ik nam niet zo veel plaats in beslag. Maar nu is het dus anders en heb ik orde – en af en toe stilte – nodig om rust te vinden in mijn hoofd…


Renzeman was nog een peuter toen hij al dezelfde mankementen vertoonde. Zijn eerste duidelijke woordje – na mama en papa – was ‘lawaai’… en daar trok hij dan een gezicht bij alsof hij str*nt had geroken. Hij hield er duidelijk niet van, vroeg bij de onthaalmoeder al om alleen in het park te mogen spelen, met zijn rug naar de actie rondom hem gericht.
En hij speelt al zijn hele leven in ‘rijtjes’, geordend op kleur, grootte, vorm, diersoort of een combinatie daarvan.

 
merk de strategisch geplaatste eekhoorns op

Dit weekend was grote broer op uitstap en dus was kleine zus op zichzelf aangewezen.

Zowiepowie is nooit stil. Ze praat constant, tegen ons, tegen zichzelf, tegen ‘Pop’ (haar liefste knuffel), tegen ‘de Kiki’ (haar pop), tegen de poezen of tegen niemand.
Maar gisteren was ze dus stil, alleen aan het spelen, in de keuken, terwijl ik bezig was met mijn meest gehate huishoudelijke taak: was plooien (en dan vooral onderbroeken en kousen…gggrrrrr!) Ze was stil en liep over en weer tussen de gang en de keuken… en toen zei ze: “mama, kom kijken, zooooo lange rij”.

Mijn tweede 'rijtjeskind' kwam uit de (schoenen)kast...

Reacties