Wat groeit er in mijnen hof?



Toen ik nog een klein Kikervizje was, woonde ons gezin in wat we nu 'een kangoeroewoning' noemen, samen met de ouders van mijn moeder. Naast ons woonde ook de broer van mijn moeder, zonder scheiding tussen de 2 gronden. Resultaat, in mijn kinderogen: een GI-GAN-TISCHE tuin met daarachter een al even gigantische moestuin, waar de mannen van het erf zich konden in uitleven, want 'den hof', dat is mannenwerk.
Ik kan mij niet herinneren dat ik tijdens mijn jeugdjaren ooit groenten of aardappelen uit de winkel heb gegeten. Alles kwam uit 'den hof'. Zalige onbezorgde tijden, toen we mochten meehelpen met 'patatten' rapen, met onze blote teentjes in de aarde en de wormen en kevers die gewoon over je voeten kruipen... De volwassenen raapten de grote aardappelen, min of meer gesorteerd volgens gewone of 'fritpatat', de kinderen de kleintjes in kleine emmertjes om dan rechtstreeks de pot in te gaan bij het avondeten. Het water komt mij nog in de mond...

Ik heb mijn voorschoolse jaren bij mijn grootmoeder doorgebracht, de koningin van de kinderliedjes. Elke avond was mijn repertoire weer uitgebreid. Een van de favorieten was: Wat groeit er in mijnen hof? Ajuin.... Wat nog? Prei.... Wat nog? Selder.... en zo kon dat uuuuuren doorgaan... inspiratie genoeg daar vanachter in 'den hof'.
En naar ik hoor vertellen, was ik ook al pionier in het kruisen van bepaalde soorten. Zo waren er volgens mij blijkbaar ook 'spinojtes'... dat moet een kruising geweest zijn van spinazie en 'sprojtes' (spruitjes dus).

De grootouders van mijn man waren van dezelfde zelftelende slag, dus kon het ook niet anders dan dat wij voor ons gezinnetje ook onze eigen groenten zouden telen. Op een iets kleinere schaal, want een mens moet tegenwoordig ook nog gaan werken, nietwaar.


Zoals de traditie het voorschrijft is de moestuin grondgebied van de mannen in huis. Renzeman heeft ook zijn vierkante meter en binnenkort oogst hij ook trots zijn eerste 'patatten'.

Maar de grootste boer in huis, is mijn man. Ja ja, lach maar, maar ik ben er trots op! Uit de serre zijn dit jaar al bloemkolen, broccoli, kerstomaatjes en paprika's gekomen. En zoals de traditie zegt dat 'den hof' voor de mannen is, is het werk ná het oogsten voor de vrouwen. En dus traditiegewijs zaten schoonzus en ik onlangs gezamelijk erwten te peulen. Hoe schoon kan het leven toch zijn!!

En nog een bijkomend voordeel van 'ten velde' te wonen.... altijd verse bloemen in huis! Tulpen, pioenen, rozen uit de eigen tuin. Klaprozen en soms ongedefinieerd onkruid uit het veld, er zijn mensen dat daar veel geld voor betalen maar wij kunnen ze gewoon plukken...
 
Ik ben opgegroeid op het platteland en heb daarna in verschillende steden gewoond, maar de 'roots' zijn onuitwisbaar. Net als mama en papa ooit deden, lopen de kinderen nu ook in hun blootje door de tuin en doen pipi achter de rododendron (soms ook vóór maar dat vind ik niet zo interessant, er zijn grenzen...)

Zippin'up my boots, Goin' back to my roots...



Reacties